Susanne Braumann begon haar gambastudie bij Wolfgang
Eggers aan de Folkwang Hochschule in Essen, zette haar opleiding voort aan de
Schola Cantorum Basiliensis bij Hannelore Mueller en aan het Koninklijk
Conservatorium in Den Haag bij Wieland Kuijken.
Zij gaf concerten in de meeste Europese landen, in
Cuba en in de Verenigde Staten, o.a. in de Frick Collection, New York, Holland
Festival Oude Muziek, Utrecht, Wigmore Hall, London, Philharmonie, Köln,
Concertgebouw Amsterdam, Mariinsky Theater, Sankt Petersburg en het York Early
Music Festival en trad op onder dirigenten als August Wenzinger, Ton
Koopman, Jos van Immerseel, Roy Goodman, Paul van Nevel, Hartmut Haenchen en Ed
Spanjaard. Susanne Braumann is medeoprichter van The Locke Consort en speelt
regelmatig met Top-ensembles op het gebied van de Oude Muziek.
Naast haar solo- en kamermuziek-activiteiten werkte Susanne Braumann mee als
soliste in grotere producties met onder meer het Nederlands
Kamerorkest, Nederlands Danstheater, Hamburger Staatsoper, Rotterdams
Philharmonisch Orkest, Amsterdam Baroque Orchestra, Royal Danish Opera,
Concertgebouw Kamerorkest, Holland Baroque Society, Deutsche Oper am
Rhein en het Huelgas Ensemble.
In het jaar 2012 speelt zij o.a. lirone en viola da
gamba bij de uitvoeringen van Il Ritorno d'Ulysse bij de Norske Opera (Oslo) en
het gambasolo in de Nederlandse premiere van de opera Written on
Skin van George Benjamin bij De Nederlandse Opera, Amsterdam.
Susanne speelt op originele 17de en 18de eeuwse
instrumenten of copiën: een 6-snarige gamba van Giorgio Bairhoff, Napels 1752,
een 7-snarige gamba, Zuid-Duitsland, ca. 1680, een discantgamba van Andreas
Jaiss, 1741, een Quinton van Deshayes Jean Baptiste Salomon, Paris
1747, een lirone en een baryton van Bert Dekker, 1999 en 2007.
Susanne Braumann is te horen op talrijke CDs. Opnames
met haar werden genomineerd voor de Grammophone Award (met The Locke Consort)
en de Edison Award (met Phantasm). Voor het label Globe heeft zij samen met Fred
Jacobs, theorbe, een CD opgenomen met werken van Marin Marais.
programma's
"fantasy en sensibility"
In dit unieke programma belicht Susanne Braumann het
late repertoire voor viola da gamba in Duitsland en Engeland. In werken van
o.a. G. P. Telemann, F.X. Hammer en C. F. Abel worden de virtuositeit en
elegantie van de laatste solisten op de viola da gamba opnieuw tot leven
gebracht. Een bijzondere plek in dit programma hebben de recentelijk ontedekte
solo-fantasien van G.P. Telemann.
viola da gamba solo
"family affairs"
De drie sonates van Johann Sebastian Bach horen bij
het beste repertoire voor viola da gamba en obligaat clavecimbel. Maar ook de
zonen Johann Christian en Philipp Emanuel Bach schreven voor de gamba -
perfecte polyfonie, mooie melodien en virtuoze passages voor beide instrumenten
wisselen elkaar af.
met clavecimbel
"solo per il pariton"
Joseph Haydn schreef meer dan 150 werken voor de
baryton, een aan de gamba nauw verwandt instrument met resonantie- en
tokkelsnaren achter de "speelhals". In dit programma presenteert
Susanne Braumann een gereconstrueerde solosonate - zoals Haydn
bijvoorbeeld voor Andreas Lidl, de grote barytonvirtuoos, zou
geschreven kunnen hebben en sonates voor baryton en pianoforte uit de kring
rond Haydn van Tomasini en Fiala.
met pianoforte
"l'ange e le diable - marin marais en antoine
forqueray"
"de engel en de duivel" - twee gambisten aan het hof van Lodewijk
XIV: Marin Marais en Antoine Forqueray. In leven en werk zeer
verschillend: Marais was beroemd voor zijn zoete melodien en zijn zachte
karakter - Forqueray was het complete tegendeel: gepassioneerde composities en
een bewogen privéleven met een echtscheiding.
met clavecimbel en/of theorbe
"play this passionate"
Een gambaspeler reist door het Europa van de 17de eeuw. Het
solo-repertoire voor de viola da gamba is geschreven of voor de grote virtuozen
van de gamba of voor vorsten en koningen. De lyraviol-stijl in Engeland
beinvloedde gambisten in Frankrijk, Duitsland en Nederland - zo hoort u werken
van Tobias Hume, Mr Dubuisson, Johann Schenk, Philip Haquart e.a
gamba solo